Leegloop? – Tuin – Oekraine – Hoevinudie?

Leegloop? – Tuin – Oekraine – Hoevinudie?

Leegloop?
Zoals ik u vorige keer al aankondigde, schrijf ik u deze keer een wat langer stuk over ‘de leegloop van kerk en godsdienst’. De kranten stonden er kortgeleden weer vol van: het gaat bergaf met god en kerk. Velen nemen zoveel afstand van hun vroegere opvoeding in deze dat er eigenlijk niets meer van overblijft. Tenminste in Nederland of West-Europa. Ik vraag me bij zulke berichten steeds weer af hoe het toch komt dat ik er persoonlijk niet van ondersteboven raak. Dat komt bij mij echt niet door een soort ijzerenheinig ‘geloof’ dat onaantastbaar is, ongevoelig voor tegengeluiden en ver verheven boven wereldse gedachten. Het heeft, denk ik, wél te maken met de voor mij eigenaardige manier van benaderen door degenen die achter de gepubliceerde statistieken zitten.
Want waar gaat het eigenlijk over?
Over het verval van de traditionele vormen van kerk en religieus bewustzijn. Veel Nederlanders zijn daar doorheen en overheen gegroeid. Kerkelijk verband en bovennatuurlijke verbondenheid spelen bij de meesten van ons steeds minder een rol in het leven van alle dag en in onze persoonlijke reflexie daarop. Wat betreft kerkelijke verbondenheid: omdat haast ieder van ons druk bezig is om daarbuitenom een eigen netwerk op te bouwen en te onderhouden met gebruikmaking van de moderne, handige middelen die we daartoe hebben uitgevonden. En wat betreft bovennatuurlijke verbondenheid: omdat het idee dat er reëel (en niet alleen in de verbeelding) een tweede werkelijkheid naast, achter of boven de onze zou bestaan, niet meer houdbaar blijkt sinds we grondig geseculariseerd (=tot onze eigen werkelijkheid teruggebracht) zijn door de dominante invloed van de rationele wetenschappen.
Vroeger was ‘het geloofsleven’ verankerd in twee vanzelfsprekende dimensies: het horizontale kerkgebeuren en het verticale religieus bewustzijn. Dit staketsel wordt steeds meer onderuitgehaald en afgedankt als ongeschikt voor de moderne verwerking van de wereld in ons en om ons heen. Je kunt het geloof van vroeger en de kerkelijke cultuur van toen heel mooi gevonden hebben -ikzelf heb ervan genoten en voel me er nog steeds zeer mee vertrouwd-, de tijd leert ons beseffen dat we aan iets anders toe zijn. Sommige theologen gaan ons daarin voor. Je hebt bij je omgaan met de diepere vragen van deze tijd niet zoveel meer aan de religieuze antwoorden van toen.
De manier waarop de meeste kerken bepaalde vroegere patronen hardnekkig doorzetten en zelfs nieuw leven proberen in te blazen, past niet meer bij de eigengereide en zelfstandig denkende mens van onze samenleving. Naast het goede van toen was er in de vorige eeuw in kerkelijke kringen veel vooringenomenheid en vaak autoritair optreden van gezagsdragers. Gezagvol is wat anders dan autoritair. Men ging tegen opkomende nieuwe denkbeelden in, zonder de waarde ervan te beseffen, laat staan te erkennen. Denk aan de door de autoriteiten nogal negatief benaderde ‘vooruitdenkers’ zoals -uit mijn eigen wereld- Steur, Schoonenberg, Schillebeeckx, Terruwe, Van Hemert, Küng, Robinson, Van Kilsdonk, Oosterhuis, Huijsmans en hun medestanders. En aan de reactionaire voorschriften betreffende moraal, kerkelijk recht, liturgie en politiek.
Daarbij kwamen dus de secularisatie -in het begin een herademing!- en de individualisering. De eerste vanuit de positieve wetenschappen, de tweede vanuit de democratie. Wel ging daar voor menigeen die geen eigen geestelijke verdieping wist te vinden en voor degenen die zich veilig ’thuis’ hadden gevoeld binnen hun kerkverband soms ook een zekere vereenzaming mee gepaard, maar je was niet ‘bij de tijd’ als je je daar niet overheen zette.
Dat ik er zelf niet zo mee zit, heeft bij mij persoonlijk ook te maken met mijn eigen speurtocht naar de bronnen van religieuze ervaring. Ik vind die in de natuur en in de oertaal van de bijbel: het Hebreeuws. Gelukkig sta ik daarin niet alleen: ik deel de bewustwording daarvan met de velen die me wijzen op de indrukwekkende geheimen van ons biologisch en botanisch milieu via wat ze schrijven en me laten ervaren. En bij de goede vrienden die me in bijeenkomsten -ik doe mee aan vijf gespreksgroepen!- en via geschriften laten delen in hun vondsten als het gaat om de oorspronkelijke opzet van de bijbel en de verwerking daarvan in de nieuwere theologie.

Tuin
In het bovenstaande had ik het even over de religieuze ervaring die kan optreden bij ‘het omgaan met de natuur’. Ik bedoelde daarbij natuurlijk niet zomaar het bijhouden van het weerbericht of het waarderen van de wisseling der seizoenen. Van huis uit heb ik als kind van een agrarische vader een veel dieper beleven van ‘de natuur’ waarin de mens leeft, meegekregen. Toen de polder waarin en waarvan we bestonden, nog niet verkaveld was, was er voor ons kinderen van alles waar te nemen. Dat deden we soms met bewondering, soms met angst, soms met strijdlust, soms met genot, soms met een zucht naar avontuur….. en ga zo maar door. Onze zintuigen kregen van alles te verwerken: je werd tot op het bot geraakt. Er was in die ervaringen iets verwijzends, iets waardoor je je af ging vragen wat de achtergrond en de bedoeling ervan was. Voor mij is dat altijd een diepgravende zoektocht gebleven. Als ik in deze beginnende lente ’s morgens mijn tuin ‘inspecteer’, gebeurt het weer: wat moeten we nu al die knoppen verschijnen en al die kleuren zich vertonen? Snoeien en plukken is niet genoeg.

Oekraïne
Ik ben er nog lang niet uit: wat hebben we nu precies overhoop gehaald met dat referendum? Ik ben het ene moment geneigd D66 de schuld te geven, maar dan moet ik het ook mezelf kwalijk nemen dat ik nauwelijks heb meegeleefd toen het erdoor kwam. Soms vind ik de politici stom dat ze geen besef hadden dat Europa zich weinig gelegen zou laten liggen aan een tegenstem van Nederland. Dan vind ik weer dat dat drempelpercentage weg moet en meteen daarna vind ik referenda een aantasting van de waarde van onze om de vier jaar uitgebrachte stem. Rustig, Gerard, laat eerst alles maar eens bezinken.

Hoevinudie?
Eerst is het ‘verjaardag’, dan wordt het ‘bejaardag’ en uiteindelijk ‘bedaardag’.